De beweging voor de squashslag komt uit je arm en niet uit de pols
De vorige keer heb ik uitleg gegeven over de grip en de racketpositie. In deze tip zal ik nader ingaan op de slagbeweging van een forehand- en backhandlengte.
De slag In de komende tips zal ik nader ingaan op de techniek van de verschillende slagen. Nu beperk ik me tot de beginzwaai en de uitzwaai. Laat ik beginnen met de tip dat de slag niet uit de pols komt, maar dat je slag meer uit je schouder komt, je gebruikt dus je hele arm. De beginzwaai begint hoog en je houdt hierbij het blad open. Ter controle zou je een muntstuk op het blad kunnen leggen en bij de beginzwaai zou deze op het blad moeten blijven liggen. Vervolgens laat je het racket als het ware vallen en de uitzwaai is weer hoog. Vaak ligt de nadruk op de beginzwaai, maar de uitwaai is net zo belangrijk. Een goede uitzwaai geeft niet alleen goede sturing aan de bal, maar bovendien zorgt het ook weer voor een goede beginzwaai. Probeer je niet al te veel te focussen op je slag maar meer op waar je de bal op de voormuur slaat. Als je de bal net boven de middenlijn speelt zal je merken dat de slag makkelijker is.
Extra tip: let erop dat je de elleboog bij de beginzwaai zo dicht mogelijk bij het lichaam houdt.
Oefening:
Je kunt de slag oefenen zonder bal. Ga op de T staan en kijk naar de voormuur. Hou je racket in forehandpositie. Stap naar voren en maak de slagbeweging. Je gebruikt nu de uitzwaai voor de beginzwaai om een backhand te slaan, door vervolgens naar de achtermuur te kijken. Herhaal dit meerdere malen.
Veel plezier met deze squashtip!
Wil je meer informatie over bovenstaande squashtip, dan kun je mailen naar Dit e-mailadres wordt beveiligd tegen spambots. JavaScript dient ingeschakeld te zijn om het te bekijken. of kijk op de website: www.kydos.nl
|