Nederlandse teams presteren volgens
verwachting Het Nederlands damesteam is als tweede geëindigd op het EK voor landenteams. De mannelijke collegas kwamen tot een vierde positie. De resultaten met elkaar vergelijken, is hetzelfde als appels en peren met elkaar te vergelijken, dus laten we dat dan ook achterwege. Zeker is dat beide teams hun doelstelling hebben behaald. Het belangrijkste was dat werd voldaan aan de eis van de NOC/NSF om bij de beste vier van Europa te behoren. Hierdoor is de A-status behouden en geeft het de internationals een financiële zekerheid voor het komende jaar. Sportief gezien was de finale voor de dames min of meer een vereiste. Als je de nummer drie van de Wereld in huis hebt met Vanessa Atkinson en op positie twee kan beschikken over Annelize Naude, dan dient het behalen van de finale minimaal het doel te zijn. Het winnen van die finale is een ander verhaal. Het Engelse damesteam is al 26 jaar achtereenvolgens Europees Kampioen. Toch was het niet geheel onmogelijk geweest om voor een dergelijk surprise te zorgen. Indien Vanessa nog in de vorm verkeerde van twee maanden geleden, dan had zij zeker een grotere kans gehad om de nr. 1 van de Wereld, Cassie Jackman, te kloppen. Doordat er nu op positie drie vrijwel geen kans was op winst. Op deze positie drie hebben de Engelsen veel meer en sterke speelsters ter beschikking. Karen Kronenmeyer verloor dan ook kansloos van Vicky Botright. Doordat Vanessa in de tweede wedstrijd dus ook verloor, wad de wedstrijd gespeeld en ging Anelize Naude niet meer voluit in de dead rubber tegen Linda Charman en dat was nu spijtig, want de van herkomst Deense speelster stak duidelijk in een zeer goede vorm en zou in ieder geval een redelijke kans hebben gemaakt tegen Linda Charman. Resteert de tweede plaats en het perspectief op een interessante komende drie jaar à vier jaar. Het damesteam heeft veel mogelijkheden. Vanessa lijkt naar haar top te groeien en kan nog zeker drie jaar mee, hetzelfde geldt voor Annelize Naude. Karen Kronemeyer voelt de hete adem van Margriet Huisman en Orla Noom in haar nek, wat alleen maar goed is voor het niveau van het team, want concurrentie is de grootste drijfveer om beter te worden. In september is het WK voor landenteams in eigen land en als alles daar op zijn plaats valt, dan kan het team gaan voor een podiumplaats en zouden we wellicht een Wereldkampioene bij de individuele discipline (Atkinson) kunnen verwachten. Nederlandse heren voldoen aan de doelstelling Vooraf was het behalen van de halve finale het belangrijkste doel. Hierdoor werd de A-status behouden en dat is zeer belangrijk voor een weinig kapitaalkrachtige sport als squash. Toch sluimert het gevoel dat er wellicht meer in had gezeten. Het verschil tussen plaats drie en vier is toch een medaille en daar draait het uiteindelijk toch om. Engeland blijkt van te hoog niveau te zijn, zelfs de Fransen kwamen er niet aan te pas in de finale, maar zelfs tegen de Fransen waren er mogelijkheden. De strijd om de derde plaats tegen Wales diende minimaal een strijd te zijn i.p.v. een kansloze 4-0 klop. Het probleem is toch dat de spelers na Tommy Berden, Laurens Jan Anjema en Lucas Buit, het niveau voor de werkelijke top nog niet aan kunnen. Dylan Bennet, Gabor Marges en Marc Reus hadden met name de nestor, Lucas Buit, al voorbij moeten zijn. Lucas is nu 35 jaar en het is geheel zijn eigen verdienste dat hij op zijn 35ste nog steeds een belangrijke positie inneemt bij het team, maar in feite hadden die jonge spelers hem al links en rechts voorbij moeten vliegen. Laurens Jan Anjema is daar het goede voorbeeld van. LJ heeft duidelijk een doel en dat is de beste worden en hij straalt dat ook uit. Samen met Tommy Berden kan dit in de toekomst een sterke basis worden van het Nederlands team, die echter wel de nodige aanvulling dient te krijgen van de jonge garde. Helemaal als Buit binnenkort als speler gaat stoppen. Zelf heeft de routinier aangegeven dat zolang hij fit is en het niveau nog aankan, hij minimaal een jaar doorgaat. Buit wordt volgend jaar de bondscoach van het Nederlands herenteam en als hij iets van zijn winnaarsmentaliteit kan overbrengen op zijn spelers, dan kunnen we ons als squashnatie in de toekomst wellicht gaan richten op podiumplaatsen.
|